Samenleving

Ondersteuning

Inwoners krijgen passende ondersteuning. Zo preventief mogelijk, zo kort mogelijk en zo lang als nodig.

We gaan voor een kwalitatief betaalbaar stelsel (Participatie, Jeugdhulp en Wmo). We willen dat onze inwoners duurzaam passende zorg en ondersteuning krijgen binnen de beschikbare financiële kaders.

Wat gaan wij daar voor doen?

Plan van aanpak met besparingsmaatregelen "Duurzaam evenwicht in het sociaal domein"

De maatregelen zijn geclusterd in een drietal categorieën:
a.   Toegang;
b.   Maatwerkvoorzieningen;
c.   Verwervingsstrategie.

Toegang
De toegang bepaalt een groot gedeelte van het gebruik aan voorzieningen (indicaties). Ook is de toegang een draaiknop in het terugverwijzen van ondersteuningsvragen die in het voorliggende veld kunnen en moeten worden opgepakt, alsmede in het tijdig afschalen van ondersteuning die ook door lichtere vormen kunnen worden vervangen. Met de implementatie van de nieuwe verwerving krijgt de toegang een betere positie zodat zij een belangrijke rol kunnen pakken in het behalen van de doelstellingen.

Eind 2020 vond een objectieve en onafhankelijke 0-meting voor het team Wmo en het lokale team CJG plaats. De uitkomst is dat in het algemeen de toegang voldoende tot goed wordt uitgevoerd en dat de verbetermogelijkheden voornamelijk liggen bij eigen kracht/sociaal netwerk en voorliggend veld. Naar aanleiding van deze bevindingen zijn verbeteracties uitgezet. Aan het einde van 2021 c.q. in het begin van 2022 wordt wederom een 0 (+1)-meting uitgevoerd om te kijken of de voortgang op de verbeterpunten is gerealiseerd. Indien nodig worden hier in 2022 verdere acties op uitgezet.

Maatwerkvoorzieningen

  • Samenhang Jeugdhulp-Onderwijs

In de Nadere regels Jeugdhulp zijn met ingang van het schooljaar 2020-2021 criteria voor begeleiding in de scholen en kinderopvang en vervangende dagbesteding onder schooltijd vastgesteld. De toegang (CJG-ML) werkt met deze criteria.
In 2021 en 2022 worden met het samenwerkingsverband onderzocht hoe we samen zorg-onderwijsarrangementen kunnen inzetten en financieren om de inzet op scholen nog effectiever te laten plaatsvinden.

In de pilotknooppuntoverleg wordt casuïstiek gezamenlijk door jeugdhulpverlening en onderwijs besproken met als doel onderwijs- en jeugd- doelen en inzet beter op elkaar af te stemmen. Gelet op de late start van de pilot en de omstandigheden als gevolg van de coronacrisis is de pilot verlengd tot en met juli 2022. Na afloop van de pilot vindt een eindevaluatie plaats.

  • Praktijkondersteuners huisartsen

Door het plaatsen van praktijkondersteuners bij de huisartsen worden gemiddeld 30% minder verwijzingen naar gespecialiseerde hulp gedaan. Het doel is niet alleen minder maar ook meer juiste verwijzingen. In 2022 vindt samen met het CJG-ML een verdere uitrol van de plaatsing van de praktijkondersteuners plaats. Huisartsen worden hiervoor actief benaderd.

  • Pilot Lokale behandelteams

Met deze pilot willen de gemeenten Midden-Limburg West in 2020 en 2021 met een aantal aanbieders komen tot een verbetering van de kwaliteit van de jeugdhulp en te zorgen voor een duurzaam en vooral betaalbaar stelsel. De lokale teams van het CJG-ML zijn de basis voor het geven van jeugdhulp. Dit team is ook verantwoordelijk voor de toegang naar gespecialiseerde Jeugdhulp. We streven naar een betere aansluiting tussen het lokale team van het CJG en het gespecialiseerde aanbod. We hebben een lokaal (integrale) behandelteam ingericht aanvullend op de lokale team van het CJG. Het behandelteam realiseert een lokale aanpak; zorg dichtbij en daar waar nodig. De krachten van het informele netwerk, de basisvoorzieningen, de basisjeugdhulp en de aanvullende zorg worden gebundeld en op elkaar afgestemd (naadloos samenwerken, elkaar betrekken) en daarmee worden de kosten van jeugdhulp beperkt. De pilot loopt tot en met 2021 en wordt in 2022 geëvalueerd. Op grond van deze evaluatie wordt bepaald of en hoe het lokale behandelteam een plek krijgt in het jeugdhulpstelsel.

  • Inzetten jobcoach voor de jongeren

Voor jongeren wordt een 'eigen' jobcoach (intensief casemanagement) ingezet die zich specifiek richt op het begeleiden van jongeren uit het (voortgezet) speciaal onderwijs of uit een uitkeringssituatie (tot 27 jaar). Daarmee wordt de kans op een betaalde baan voor deze jongeren vergroot. Dit moet leiden tot een afname van het aantal jongeren in de uitkering.

  • Brede inzet van de medewerker Werkgeversservicepunt (WSP)

De medewerker van het WSP zoekt intensief contact met bestaande en nieuwe werkgevers om baanopeningen te creëren voor mensen met een uitkering. Het 'instrument' loonkostensubsidies wordt aangeboden aan werkgevers om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan een baan te helpen.

  • Inzet instrument arbeidsgerichte dienstverlening

In 2022 wordt de pilot voortgezet om de samenloop van een maatwerkvoorziening Wmo (dagbesteding) en een uitkering in het kader van de Participatiewet te beëindigen. Hierdoor dalen de kosten van de  WMO en de PW.

  • Woningaanpassingen

De invoering van het abonnementstarief ingaande 1-1-2019 gaat gepaard met een aanzuigende werking met betrekking tot maatwerkvoorzieningen in de Wmo. Concreet heeft zich dit vertaald in een toename van het aantal meldingen c.q. aanvragen bij onder andere woningaanpassingen. De landelijk stijgende bouwkosten zijn hier mede een oorzaak van. De stijging over de periode van 2020 tot op heden is bijna 4% (bron BouwkostenIndex.nl).
Onze toegang Wmo is daarom zeer kritisch bij het afgeven van een Wmo indicatie met betrekking tot dit soort aanvragen. Vanaf 2022 zullen we het huidige Wmo beleid zoveel waar mogelijk juridisch aanscherpen.

  • Vestiging nieuwe aanbieders

De zorg is een economische factor van belang voor Leudal. Daar komt bij dat het in de recente coronacrisis heeft getoond een stabiele sector te zijn wat betreft werkgelegenheid.
We zien alleen steeds meer aanvragen voor uitbreiding van het zorgaanbod in Leudal (Jeugd en Wmo inclusief verblijfsvoorzieningen). Aangezien we al te maken hebben met een overschot aan zorgvoorzieningen zullen we hierop, binnen onze wettelijke mogelijkheden, blijven anticiperen indien er niet sprake is van een aantoonbare tekort in het zorglandschap die met deze voorziening wordt ingevuld. Het bekende principe ‘aanbod creëert vraag’ heeft geleid tot een meer dan evenredig beslag op budgetten van de begroting van Leudal.

Verwerving 2022
De toekomstige verwervingsstrategie is een essentieel en strategisch instrument voor het leveren van een substantiële bijdrage aan het oplossen van de financiële opgave. Hierbij kan de verwervingsstrategie alleen in onderlinge samenhang worden bezien met de toegang, bekostiging en stringent contractmanagement.  

Voor de volgende aanbestedingen Jeugd worden met ingang van 1 januari 2022 nieuwe contracten afgesloten:

  • Segment 2 Jeugd: wonen (Midden-Limburg);
  • Segment 5 Jeugd: integrale Crisishulp (Noord- en Midden-Limburg).

De volgende aanbestedingen Jeugd en Wmo zijn regionaal vertraagd. In 2022 vinden de aanbestedingen plaats en met ingang van 1 januari 2023 worden nieuwe contracten afgesloten:

  • Segment 1 Jeugd: behandeling met verblijf (Noord- en Midden-Limburg);
  • Segment 3 Jeugd: dagbehandeling en dagbesteding
  • Segment 4 Jeugd: ambulant;
  • Segment Wmo 1: volwassenen multi-problematiek;
  • Segment Wmo 2: volwassenen ondersteuning gericht op verbetering;
  • Segment Wmo 3: volwassenen ondersteuning stabiliteit;
  • Segment Wmo 4: ouderen.
  •  

Voor de verwerving Wmo en Jeugd is als besparingsmaatregel voor 2022 een bedrag van € 1.180.000 en vanaf 2023 een bedrag van € 2.225.000 opgenomen. Doordat een deel van de aanbestedingen regionaal is vertraagd, zal de taakstelling in 2022 niet (volledig) behaald worden.
Voor dit onderdeel in de taakstelling vanaf 2023 is nog onduidelijk wat het effect zal zijn. De komende tijd zal blijken wat haalbaar is en wat mogelijke alternatieven zijn. Bij de Kadernota 2023 wordt de taakstelling vanaf 2023 herzien.

Overige ontwikkelingen

  • Woonplaatsbeginsel

Per 1 januari 2022 wordt in de Jeugdwet het nieuwe woonplaatsbeginsel ingevoerd. Het woonplaatsbeginsel in de Jeugdwet bepaalt welke gemeente financieel verantwoordelijk is voor een jeugdige. Waar het huidige woonplaatsbeginsel uitgaat van de woonplaats van de gezagsdrager, maakt het nieuwe woonplaatsbeginsel onderscheid tussen ambulante zorg en zorg met verblijf (al dan niet in combinatie met ambulante zorg).

Jeugdigen die alleen ambulante zorg krijgen toegekend, gaan vallen onder de gemeente waar de jeugdige staat ingeschreven op het moment van de zorgvraag. Jeugdigen die zorg met verblijf krijgen toegekend, vallen onder de gemeente waar de jeugdige stond ingeschreven direct voorafgaand aan een aaneengesloten verblijfstraject. De herverdeling van middelen wordt doorgevoerd in het gemeentefonds. Omdat onze gemeente veel voogdijkinderen heeft, zal ons budget fors afnemen.

In 2021 is van alle voogdijkinderen in onze gemeente uitgezocht waar de jeugdige stond ingeschreven voor de plaatsing in de instelling. Deze gemeente gaat dan de financiering overnemen. Als dit niet te achterhalen is, blijft deze jeugdige ten laste komen van Leudal. We kunnen nu niet voorzien wat de invoering van de Wet wijziging woonplaatsbeginsel voor financiële gevolgen gaat hebben voor onze gemeente. Dit zal in de loop van 2022 duidelijk worden.

  • Preventie Jeugdhulp

Specifiek voor Jeugdhulp geven we uitvoering aan preventiearrangementen, waarmee we de hiaten in ons preventieaanbod opvullen en kiezen voor arrangementen die een positieve invloed hebben op meerdere problematieken. De arrangementen zijn:

  1. Voorzorg   
    Jeugdverpleegkundigen van de GGD die ondersteuning bieden aan risicomoeders bij het opvoeden en laten opgroeien van hun eerstgeboren kind.
  2. Ouders ondersteunen ouders
    Ouders Ondersteunen Ouders is een uitgewerkte variant van Moeders Informeren Moeders (effectief bewezen programma) voor opvoedingsondersteuning door geschoolde vrijwilligers aan kwetsbare moeders/gezinnen.
  3. Houvast
    Houvast is een methodiek gericht op het bieden van opvoedingsondersteuning aan ouders met een licht verstandelijke beperking.
  4. Maak jij het verschil
    Richt zicht op het bewust maken van iedereen dat je het verschil kan maken voor kinderen die te maken hebben met stressvolle opvoedsituatie als gevolg van bijvoorbeeld een verslaving of psychiatrische problematiek van de ouders.
  5. Buurtgezinnen
    Buurtgezinnen is gericht op het versterken de eigen kracht van gezinnen door steungezinnen te koppelen aan vraaggezinnen.
  6. Nu niet zwanger
    Dit project richt zich op het voeren van een eerlijk gesprek over de wenselijkheid van zwangerschap op dit moment in het leven van kwetsbare moeders.
  7. Prepare
    Samenwerkingspartners (verloskundigen, CJG etc.) verzorgen ouderschapscursussen aan stellen die een eerste kind verwachten.

In december 2020 besloot het college om onze lokale middelen Kansrijke Start regionaal (Noord- en Midden- Limburg) beschikbaar te stellen voor de uitvoering van het landelijke programma. Kansrijke Start heeft het doel om met alle betrokken partners te investeren in de eerste duizend dagen van een kind (-9 maanden tot 2 jaar). De basis van het actieprogramma is het smeden van een coalitie Kansrijke Start tussen partijen in het medische en sociale domein om zo een samenhangende (keten)aanpak neer te zetten. Voorzorg is één van de drie pijlers van Kansrijke Start, naast Nu Niet Zwanger en Ouderschapscursussen (Prepare).

Samenwerking in de regio vergroot de slagkracht. Het merendeel van de te betrekken coalitiepartners (ziekenhuizen/geboortecentra, verloskundigen, kraamzorg, zorgverzekeraars, jeugdgezondheidszorg) werken op regionale schaal en momenteel is er in beperkte mate sprake van een samenhangend geheel aan activiteiten om integraal te kunnen werken. Dus door met andere gemeenten samen werken en de middelen regionaal in zetten, kan een groter effect gerealiseerd worden. Het doel van het actieprogramma (het realiseren van een coalitie tussen het sociaal- en het medisch domein), wordt vastgelegd in een regionaal convenant. Vervolgens wordt er aan een activiteiten agenda (uitvoeringsplan) voor de komende jaren gewerkt, dat duurzaam wordt verankerd in de regio. Het moet een duurzame ontwikkeling worden in de regio, waarbij alle betrokken partijen deelnemen.

  • Steunpakket sociaal en mentaal welzijn en leefstijl

Het Rijk stelt extra middelen beschikbaar in de vorm van een steunpakket sociaal en mentaal welzijn en leefstijl voor (kwetsbare) inwoners die door Corona extra hard getroffen worden. Het pakket bestaat uit drie actielijnen:

  1. Intensivering initiatieven welzijn voor de jeugd;
  2. Intensivering initiatieven welzijn kwetsbare groepen;
  3. Intensivering initiatieven gezonde leefstijl.

Samengevat gaat het vooral om het versterken van het voorliggend veld.

In 2021 vindt besluitvorming plaats over de inzet van deze middelen. Er wordt voorgesteld een deel van het steunpakket in te zetten voor het versterken van het voorliggend veld. Op deze manier kan geïnvesteerd worden in het versterken van het voorliggend veld waaruit we in het kader van de taakstelling een structureel rendement kunnen halen. Eén van de belangrijkste conclusies uit de gehouden 0-meting Toegang Wmo en Jeugdhulp in het kader van het integraal plan van aanpak met besparingsmaatregelen “Duurzaam evenwicht in het sociaal domein” is namelijk dat we moeten inzetten op het versterken van het voorliggend veld om te voorkomen dat dure maatwerkvoorzieningen worden ingezet.

In 2021 wordt samen met onze belangrijkste ketenpartners een uitvoeringsplan gemaakt over de inzet van de middelen. De uitvoering van dit plan vindt in 2021 en 2022 plaats.

Wmo

  • Wmo-team

De uitvoering van de Wmo vindt plaats binnen de gemeente Leudal. Daarnaast is er ook sprake van een regionale samenwerking met de gemeenten Weert en Nederweert, zowel op beleidsmatig als uitvoerend niveau. De Wmo indicaties worden rechtmatig en tijdig verstrekt met daarbij de extra kritische blik bij iedere Wmo aanvraag die ingediend zal worden binnen onze gemeente.

  • Regionaal – werkgroep toegang- en basisvoorzieningen

Er vindt een doorontwikkeling plaats m.b.t. tot het in kaart brengen van basis –en algemene voorzieningen binnen de gemeente. Eind februari 21 is er een werkgroep gestart m.b.t. dit onderwerp. Alle bestaande basis- en algemene voorzieningen zullen goed in kaart gebracht worden en zal er een overzicht van het huidige aanbod en het actuele gebruik van algemene- en basisvoorzieningen in beeld worden gebracht. Het doel hiervan moet zijn een goed en voldoende aanbod van basis- en algemene voorzieningen dat in de praktijk bruikbaar is om in te zetten door de toegang Wmo en de lokale toegang CJG. Het resultaat moet zijn het uiteindelijk kunnen afschalen van maatwerkvoorziening naar algemene- en basisvoorzieningen.

  • Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen volwassenen

De taken beschermd wonen en maatschappelijk opvang maken onderdeel uit van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo). In tegenstelling tot andere Wmo-taken verloopt de financiering vooralsnog via 43 centrumgemeenten. De gemeente Venlo is de centrumgemeente voor de gemeenten in Noord- en Midden-Limburg. Venlo is door de overige gemeenten gemandateerd om deze taken binnen het rijksbudget uit te voeren. Aan deze situatie komt met ingang van 1 januari 2022 een einde. Vanaf 2022 worden de middelen voor Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang in een periode van 10 jaar verder doorgedecentraliseerd.

De constructie van centrumgemeenten voor het onderdeel beschermd wonen komt te vervallen, door decentralisatie. Daardoor komt deze taak  richting alle gemeenten. Gelet op de kwetsbaarheid van de doelgroep en de complexiteit van de dienstverlening hebben het Rijk en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) afgesproken, dat gemeenten een plan opstellen met regionale uitvoeringsafspraken, waardoor de kwaliteit en continuïteit van deze dienstverlening blijvend is gewaarborgd. In dit plan met regionale uitvoeringsafspraken is als uitgangspunt opgenomen dat de gemeentes de toegang beschermd wonen in 2022 lokaal zullen organiseren.   

Participatiewet

  • Levensonderhoud

In 2022 wordt ingezet op uitstroom uit de uitkering door het aantal banen met een loonkostensubsidies te laten stijgen.

  • Mensontwikkelbedrijf

Begin 2022 wordt de evaluatie van het MOB afgerond. Op basis van deze evaluatie zal de verdere ontwikkeling van het MOB worden opgepakt .

Het MOB krijgt een centrale rol in de inburgering: Voor de zelfredzaamheidsroute worden door het MOB taallessen gegeven en de inburgeraars worden nemen hier deel aan de arbeidsactivering en de participatie.  

Armoede
Voor de uitvoering van het armoede- en minimabeleid is een 9 puntenplan opgesteld.
In 2022 wordt ingezet op het terugbrengen van laaggeletterdheid, het eenvoudige taalgebruik in brieven en de verdere doorvoering van de gelaagde dienstverlening (vrijwillig waar het kan en professioneel waar nodig. Verder zal een aanzet worden gegeven om te komen tot een nieuw armoede- en minimabeleid dat in 2023 kan worden vastgesteld. Meedoen blijft de norm.

  • Schuldhulpverlening

Er staan vooralsnog geen belangrijke wijzigingen in de schuldhulpverlening op de agenda. Aandacht zal worden gegeven aan de uitbouw van de vroegsignalering én de schuldhulpverlening voor privé-schulden van ondernemers. De ervaringen die in 2021 met deze 2 punten zijn opgedaan worden geëvalueerd en waar nodig en/of gewenst worden wijzigingen voorgesteld.

  • Inburgering

Na een uitstel van 1 jaar wordt met ingang van 1-1-2022 de nieuwe wet Inburgering ingevoerd. De verantwoordelijkheid voor de inburgering komt bij de gemeente te liggen. De inburgeringsverplichting voor de statushouder start vanaf het moment dat de vergunning tot verblijf wordt afgegeven. Wij gaan in een vroeg stadium de voorgeschreven instrumenten inzetten  om inburgeraars succesvol te laten zijn bij het behalen van het inburgeringsexamen.

  • Laaggeletterdheid

Tussen de 8 en 11 % van de Leudalse beroepsbevolking (tussen 15 en 67 jaar) heeft grote moeite met lezen, schrijven, rekenen en digitale vaardigheden. Onder ouderen ligt dat percentage op ongeveer 20% (Stichting Lezen en Schrijven, 2022). Laaggeletterden zijn vaker arm, beschikken over een lager inkomen, hebben vaker geen werk en ervaren dagelijks problemen met deelname in de maatschappij.

Wij werken samen met Synthese, Bibliocenter en de Stichting Lezen en Schrijven aan de uitwerking van het in 2021 opgestelde Leudalse taalakkoord. Hierbij worden bedrijven, organisaties en partijen in de Leudalse samenleving ingeschakeld om samen mensen met een taalachterstand op te sporen, te motiveren en te laten deelnemen aan op te zetten projecten om de laaggeletterdheid terug te brengen.

Wat mag dat kosten?

Beter passende ondersteuning

(bedrag x 1.000)

Realisatie 2020

Begroting na wijziging 2021

Primitieve begroting 2022

Begroting 2023

Begroting 2024

Begroting 2025

Lasten

Participatie integratie

172

216

134

122

122

122

WMO

8.623

8.796

8.689

8.699

8.708

8.715

Jeugdhulp

11.881

12.463

10.223

9.254

9.304

9.301

Participatie sociale zekerheid

5.142

4.912

4.609

4.455

4.312

4.155

Participatie Inkomen

5.123

5.759

5.889

5.889

5.889

5.889

Participatie levensonderhoud

6.579

353

199

199

199

199

Totale lasten

37.520

32.499

29.742

28.619

28.533

28.380

Baten

Participatie integratie

0

0

0

0

0

0

WMO

-327

-345

-334

-335

-335

-336

Jeugdhulp

-250

0

0

0

0

0

Participatie sociale zekerheid

-93

-40

-40

-40

-40

-40

Participatie Inkomen

-5.452

-5.664

-5.664

-5.664

-5.664

-5.664

Participatie levensonderhoud

-6.894

-158

-79

-79

-79

-79

Totale baten

-13.017

-6.207

-6.117

-6.117

-6.118

-6.119

Mutaties reserves

197

-146

-12

0

0

0

Resultaat

24.700

26.147

23.614

22.501

22.415

22.261

Deze pagina is gebouwd op 11/09/2021 16:54:40 met de export van 11/09/2021 16:48:43